Kunnen we uit het bovenstaande verhaal een algemene stelling distilleren? Dat kan zeker en die stelling werd in 1817 geformuleerd en bewezen door de Tsjechische wiskundige Bernard Bolzano in een artikel met de volgende welluidende titel: ``Rein analytischer Beweis des Lehrsatzes, daß zwischen je zwey Werthen, die ein entgegengesetztes Resultat gewähren, wenigstens eine reelle Wurzel der Gleichung liege''.
Hier volgt de stelling, in de formulering van Bolzano zelf.
Lehrsatz.
Wenn sich zwey Functionen von ,
und
, entweder für
alle Werthe von
, oder doch für alle, die zwischen
und
liegen, nach dem Gesetze der Stetigkeit
ändern, wenn ferner
, und
ist: so gibt es jedesmahl einen gewissen
zwischen
und
liegenden Werth von
,
für welchen
wird.
In het Nederlands vertaald:
als twee functies en
continu zijn op een interval
en als bovendien geldt dat
en
dan heeft de vergelijking
tenminste één oplossing tussen
en
.
Hierin is nog één ding ongedefinieerd: wat betekent het dat een functie continu is? Daarvan gaf Bolzano, waarschijnlijk als eerste, een nette definitie.
Nach einer
richtigen Erklärung versteht man unter der Redensart,
das eine Function für alle Werthe von
die inner-
oder außerhalb gewisser Grenzen liegen, nach dem Gesetze der Stetigkeit
sich ändre, nur so viel, daß, wenn
irgend ein solcher Werth ist,
der Unterschied
kleiner als jede gegebene Größe
gemacht werden könne, wenn man
so klein als man nur immer will,
annehemen kan.
In (losse) vertaling:
men zegt dat een functie zich voor alle waarden van
volgens de wet der continuïteit gedraagt indien voor iedere
het verschil
kleiner dan een gegeven grootheid
kan worden gemaakt door
maar klein genoeg te nemen.
In een wat exactere formulering, die afkomstig is van Weierstraß:
bij iedere gegeven grootheid bestaat een andere grootheid
zó dat telkens als
dan is
.
In ons geval hadden we in feite en
, en de
grenzen van het interval zijn
en
.
De functies en
zijn ook inderdaad continu: in beide
gevallen kunnen we bij de gegeven grootheid
gewoon
nemen.
Immers, we hebben laten zien dat altijd
,
dus als
dan ook
.
Bewijzen dat een functie continu is, is niet altijd makkelijk, zoals we
bij al gezien hebben: we hadden een gonio-formule nodig en
een afschatting van
.
Laten we eens proberen aan te tonen dat de functie
gedefinieerd
door
continu is.
Neem een
vast en een grootheid
.
Hoe vinden we nu een passende grootheid
?
Welnu, eerst bekijken we maar eens wat we met kunnen doen.
We kunnen in ieder geval ontbinden:
Neem nu ook nog (constante functie) en
en
;
dan geldt
en
.
Er is dus een oplossing van de vergelijking
tussen
en
.
Dus de stelling van Bolzano geeft ons het bestaan van
.